Drie componisten komen vanavond aan bod in een programma dat vóór de pauze bestaat uit solospel en na de pauze een symfonie.

We beginnen met pianosonate no. 10 in C gr. KV 330 van Wolfgang Amadeus Mozart. Dit werk is uitgekozen om Vladimir Horowitz te zien en horen spelen tijdens zijn bezoek op latere leeftijd aan zijn geboorteland Rusland. Hij gaf een concert in Moskou dat historie heeft gemaakt. Hij is een van de grote coryfeeën uit de pianisten van de vorige eeuw.

De volgende pianosolist die we voorstellen is de uit Belgrado afkomstige Ivo Pogorelich en wel in de pianosonate no. 3 in b kl. opus 58 van Frédéric Chopin. Deze pianist is zeer vermaard en ook wel omstreden. Veel pianisten maakten carrière door een belangrijk concours te winnen. Niet zo met Pogorelich. Zijn vermaardheid begon toen hij in 1980 werd uitgeschakeld voor de finale van het Chopin-concours in Warschau. Martha Argerich was hier zo ontdaan over dat zij woedend de jury verliet. Zij was de mening toegedaan dat Pogorelich een geniale pianist is. Zo zien we maar eens dat ook in de wereld van pianisten en pianocritici smaken verschillen.

Deze pianist schrikt er niet voor terug eigenzinnig met de muziek om te gaan en af te dwalen van de bedoelingen van de componist. Men kan daar verschillend over denken, maar spannend is het wel. We horen en zien een nog jonge Pogorelich, uit 1987. Tegenwoordig schijnt hij op zijn retour te zijn.

Na de pauze horen we de 6de symfonie in F gr. opus 68, “Pastorale”, van Ludwig van Beethoven. Het is muziek die ons doet zwerven door welvende landschappen en het is als het ware alsof de oren kunnen ruiken: namelijk het hooi in de velden. Het is een mooi weer symfonie, maar na zonneschijn komt regen en daarna natuurlijk weer zonneschijn. Die regen gaat gepaard met een vreselijk onweer, door Beethoven magistraal getoonzet. Het is een symfonie waarvan de delen, anders dan de meeste andere symfonieën, een omschrijving krijgen toegevoegd van wat de componist beoogt:
1. Ontwaken van vrolijke gevoelens bij aankomst op het land.
2. Scène bij de beek.
3. Vrolijk samenzijn van de landmensen.
4. Onweer en storm.
5. Herderslied – vreugde en dankbare gevoelens na de storm.

Dit is een immens populair werk, maar toch is het iedere keer weer een verrukking om ernaar te luisteren.

Jan Aerts